Als je bukt en met je hand naar je rug gaat, voel je allemaal bobbeltjes. Dat is je wervelkolom. Een lange buis die gemaakt is uit allemaal stukjes. Die stukjes heten wervels. Die heeft iedereen. Bij de meeste mensen zijn die wervels dicht. Bij mij is er onder in mijn rug een wervel die niet is dichtgegaan.

Iedereen heeft in de wervels zenuwen zitten. Dat zijn dunne draadjes die ervoor zorgen dat je alles in je lijf kunt bewegen. Door de zenuwen kun je jouw voeten, benen, armen en hoofd bewegen. Ook gaan er zenuwen naar je longen, hart, darmen en blaas.

In mijn ruggenwervel zitten die draadjes vast. Er zijn een paar zenuwen kapot gegaan. Hierdoor kan ik mijn voeten en linkerbeen niet meer bewegen zoals ik het zou willen. Daarom draag ik schoenen die speciaal voor mij zijn gemaakt. Als ik er rode strepen op wil, maakt de schoenmaker die er voor mij op! Ik ben heel blij met mijn schoenen, maar ik moet ze altijd aan als ik wil lopen. Dus ook met gymmen. In het zwembad heb ik een speciale zwemschoen om langs het zwembad te kunnen lopen.

Doordat er een paar zenuwen in mijn rug kapot zijn, doen mijn blaas en darmen niet meer wat ik zou willen. Iedereen heeft een blaas en darmen. Een blaas is een soort zakje in je buik waar alle plas in wordt bewaard. Je darmen zijn een soort zakje waar je poep in wordt bewaard. Af en toe moet je naar de wc gaan om allebei die zakjes leeg te maken. Dan ga je plassen of poepen. Ik heb daar een beetje hulp bij nodig.

Natuurlijk wil ik niet dat er nog meer zenuwen kapot gaan. Daarom heb ik een operatie aan mijn rug gehad toen ik twee jaar was. Knappe dokters hebben de draadjes in mijn rug losgemaakt. Ik heb daarom een groot litteken op mijn rug. Als je zenuwen weer vastgroeien, moet ik weer geopereerd worden. Een keer in het jaar moet ik naar het ziekenhuis. Dan worden er foto’s van mijn rug gemaakt om te kijken hoe het met het de zenuwen gaat. Het ziekenhuis waar ik naartoe ga, is heel fijn. Ze hebben er leuke speelhoekjes en een heel grote speeltuin op het dak!

Mijn rug is door dit alles niet zo sterk. Daarom moet ik met mijn rug voorzichtig zijn. Het is beter dat ik niet van te hoge dingen afspring. Trampoline springen mag, maar niet te vaak en niet met andere kinderen erop. Met stoeien en duwen moet het niet te wild worden. Ik mag wel fietsen, zwemmen of van de glijbaan. Natuurlijk ook gewoon lekker met speelgoed spelen.